Mao's bewind
De Grote Sprong Voorwaarts (1958-1960):
Hoewel de Grote Sprong Voorwaarts slechts een aantal jaren in beslag nam, was het een periode met een enorme invloed op het land. De politiek van de Grote Sprong veroorzaakte de grootste hongersnood ooit en werd vrijwel puur veroorzaakt door foute politieke beslissingen. Deze dramatische politiek leidde tot de dood van tussen de 20 en 40 miljoen mensen.
Slachtoffers:
Het bewind van Mao heeft daarnaast grote gevolgen gehad voor de Chinese samenleving en het verloop van de geschiedenis van het land. Schattingen van het aantal doden lopen uiteen van 40 tot 72 miljoen.
Ook pleegden honderdduizenden mensen, al dan niet gedwongen, zelfmoord. Dit kwam voornamelijk voor tijdens de Drie Anti-Campagne van 1951 en de Vijf Anti-Campagne van 1952. Deze campagnes waren onder meer gericht tegen corruptie, bureaucratie en omkoping. Tijdens deze campagnes ontstond een klimaat waarin medewerkers hun collega's en bazen aangaven, vrouwen hun mannen en kinderen hun ouders. "Daders" werden gedwongen bekentenissen af te leggen bij zogenaamde strijdbijeenkomsten. Deze strijdbijeenkomsten werden na de dood van Mao verboden.
Productie:
De Communisten waren aanvankelijk populair in China, de boerenbevolking, het grootste deel van het land, had het land van de grootgrondbezitters gekregen, waarop ze zelf werkten. Met de komst van de Grote Sprong Voorwaarts kwam daar verandering in. Mao Zedong had besloten dat China niet afhankelijk moest zijn van buitenlandse hulp en besloot dat de boerenbedrijven in communes moesten worden verdeeld om op die manier de productie te verhogen. Het idee van Mao was om van China een industrie-staat te maken, die gelijke tred hield met het Westen. En de Chinese boeren moesten genoeg voedsel produceren om de bevolking te voeden en daarnaast nog voldoende kunnen exporteren om de kosten van de industrialisatie te betalen. Deze ideeën leidden tot een totale ramp. De Grote Sprong Voorwaarts werd een totale mislukking met ernstige gevolgen voor de gehele Chinese bevolking.
Hoewel de Grote Sprong Voorwaarts slechts een aantal jaren in beslag nam, was het een periode met een enorme invloed op het land. De politiek van de Grote Sprong veroorzaakte de grootste hongersnood ooit en werd vrijwel puur veroorzaakt door foute politieke beslissingen. Deze dramatische politiek leidde tot de dood van tussen de 20 en 40 miljoen mensen.
Slachtoffers:
Het bewind van Mao heeft daarnaast grote gevolgen gehad voor de Chinese samenleving en het verloop van de geschiedenis van het land. Schattingen van het aantal doden lopen uiteen van 40 tot 72 miljoen.
Ook pleegden honderdduizenden mensen, al dan niet gedwongen, zelfmoord. Dit kwam voornamelijk voor tijdens de Drie Anti-Campagne van 1951 en de Vijf Anti-Campagne van 1952. Deze campagnes waren onder meer gericht tegen corruptie, bureaucratie en omkoping. Tijdens deze campagnes ontstond een klimaat waarin medewerkers hun collega's en bazen aangaven, vrouwen hun mannen en kinderen hun ouders. "Daders" werden gedwongen bekentenissen af te leggen bij zogenaamde strijdbijeenkomsten. Deze strijdbijeenkomsten werden na de dood van Mao verboden.
Productie:
De Communisten waren aanvankelijk populair in China, de boerenbevolking, het grootste deel van het land, had het land van de grootgrondbezitters gekregen, waarop ze zelf werkten. Met de komst van de Grote Sprong Voorwaarts kwam daar verandering in. Mao Zedong had besloten dat China niet afhankelijk moest zijn van buitenlandse hulp en besloot dat de boerenbedrijven in communes moesten worden verdeeld om op die manier de productie te verhogen. Het idee van Mao was om van China een industrie-staat te maken, die gelijke tred hield met het Westen. En de Chinese boeren moesten genoeg voedsel produceren om de bevolking te voeden en daarnaast nog voldoende kunnen exporteren om de kosten van de industrialisatie te betalen. Deze ideeën leidden tot een totale ramp. De Grote Sprong Voorwaarts werd een totale mislukking met ernstige gevolgen voor de gehele Chinese bevolking.